donderdag 16 februari 2012

Apotheose of Apocalyps: Kroon op de evolutie

Wie gaat er strijken met het felbegeerde predicaat van Kroon op de schepping evolutie?

'Potto's' oerouders, zoals de Notharcus hier, leefden 50 mjg  in de bomen in Europa en trokken vandaar naar Afrika (vanwege het oprukkende ijs?). Onderweg ontwikkelde ze nog een handig gloednieuw lichaamsdeel: de flexibele schouder. Armen die 360º rond kunnen draaien blijken heel voordelig bij het rondhangen op en tussen boomtakken en je kunt daarmee de 'Potto'-boomsnelheid flink vergroten.
Vanuit Afrika trokken of voeren apen naar Zuid-Amerika; vanaf 40 mjg worden er opeens aapfossielen gevonden in Brazilië. Deze geïsoleerde groep vormde de breedneusapen of apen van de nieuwe wereld. [ook een fijne old-school Eurocentrische benaming] Convergentie-toppertje met de mens is het zeer intelligente capucijneraapje. De breedneusapen gebruiken het liefst de staart om aan takken te hangen en te slingeren. Deze nieuwe wereld apen kijken alleen ZW-TV, want ze missen het trichromate kleurzien.

De achtergebleven apen van de oude wereld, de smalneusapen,  gebruiken liever de armen. Voorbeelden zijn de mandril, baviaan en de makaak.
Ongeveer 35 mjg onstaan binnen de smalsneusapen de mensapen (Hominoidae), zonder staart in Afrika (Egypte) en die ontwikkelen zich verder in Oost-Afrika zoals in de Proconsul hiernaast. Een reisavontuurlijk groepje trekt naar Azië en laat zich daar Gibbon (Hylobatidae) noemen. Er zijn daar nog 12 soorten. Ze heten ook wel kleine mensaap.

Gibbons zijn super-acrobaten die veel kroon-punten scoren met hun brachiatie (armslingerend voortbewegen). Ze kunnen ook heel goed op de achterpoten lopen. Hieronder staan een paar filmpjes over hun kunsten.

donderdag 9 februari 2012

New Dawn: Primetime

In de geologische periode Eoceen - Nieuwe Dageraad - van 56 - 34 mjg ontstonden alle nu nog levende zoogdierorden. De dino's waren uitgestorven en de zoogdieren vulden alle opengevallen plekken met speciaal daarvoor aangepaste (natural selected) soorten.
Tijdens het Eoceen was het tropisch warm en vochtig op aarde:  CO2 en CH4 gehalten in de atmosfeer waren 10 maal zo hoog als nu. Na het Eoceen koelt de aarde af tot aan de ijstijden van het Pleistoceen 2.5 mjg.

Als er voortdurend op je gejaagd wordt en je op heel veel menu's staat, is het evolutionair voordelig om kleiner te groeien en je te verstoppen. Zijn al die dreigingen weg, dan kunnen andere mechanismen er voor zorgen dat je weer groot wordt, van muis tot olifant.
A is geleidelijke evolutie zoals voorgesteld door Darwin. Stephen J. Gould stelde C Punctuated equilibrium voor, nu denkt men dat plaatje B evolutie het best beschrijft: langzame geleidelijke veranderingen afgewisseld met grote sprongen. Bepaalde fossielen veranderen langdurig nauwelijks om dan opeens, zonder overgangssoort(en), in een nieuwe soort over te gaan.

De verschillende evolutiepaden staan hiernaast.
Divergente evolutie komt het vaakst voor: de dieren gaan steeds meer van elkaar verschillen, bijvoorbeeld doordat ze geografisch van elkaar gescheiden zijn, zoals de Darwinvinken op de Galapagoseilanden.
Bij parallelle evolutie ontwikkelen twee nauw verwante soorten zich  op overeenkomstige wijze. Zoals bij de Placentalen en de Buideldieren.
Herhaalde evolutie is een ontwikkeling die vaker optreed zoals de hoefvorming. 
Bij convergente evolutie ontwikkelen niet-verwante dieren dezelfde eigenschappen zoals vleugels bij insecten, reptielen en zoogdieren (vleermuis).

Bij coëvolutie of wedloop maken twee soorten er een wedstrijd van. Neem bijvoorbeeld roofdier luipaard en zijn voedsel antiloop. Ze jagen elkaar op.. als de antiloop harder loopt dan het luipaard krijgt de laatste honger. Ze moeten beide voortdurend evolueren. Uiteindelijk wordt het luipaard een jachtluipaard. (dat is niet waar!)

vrijdag 3 februari 2012

Intervolutie: Thylacine en Pangea

Duurt 160 mj (miljoen jaar) wachten lang? Misschien kan dat het best worden geïllustreerd aan de hand van een landkaart van Pangea (Grieks: gehele aarde). Zo tussen 300 en 200 mjg bestond er op aarde maar één supercontinent: Pangea. Vanaf 200 mjg brak Pangea weer in stukken en langzamerhand werden de huidige continenten gevormd. Dit vormen en opbreken van supercontinenten is cyclisch, in de historie van de aarde (4,6 miljard jaar) is dat waarschijnlijk vaker gebeurd. In 200 mj kun je bijvoorbeeld de Atlantische oceaan vormen of India vanaf Kaapstad op Mongolië en Italië op Duitsland laten botsen en zo de Himalaya en de Jungfrau de lucht in sturen. De schuifsnelheid is ongeveer 5 cm per jaar, dit levert een Atlantisch kloofje van 5000 km in 100 miljoen jaar. Helaas verlopen deze schuifbewegingen schoksgewijs met geschat een sprong van 2 meter oostwaarts voor het eiland Honshu en van 15 meter bij de breuklijn op 11 maart 2011.
Het tweede filmpje (Mondschein ipv Grieg) laat ook zien dat de continenten in de toekomst weer naar elkaar toe bewegen.
Filmpjes 3 & 4 gaan over buideldieren z.o. Dit is een embedr-testje. Positief getest op oude IE-PC en op trendy FF-Mac.